Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
1
Inhoud
Nieuwe Europese Douanewetboek; wetsaanpassingen Delegated act.................................................. 1
Definitie van exporteur (artikel 1(19)): ............................................................................................... 2
Verlenging van de termijn voor het vaststellen van een beschikking betreffende terugbetaling of
kwijtschelding (artikel 97): .................................................................................................................. 2
Goedkeuring van een plaats voor het aanbrengen van goederen bij de douane en tijdelijke opslag
(artikel 115): ........................................................................................................................................ 2
Opslag van Uniegoederen met niet-Uniegoederen in een opslagruimte ( artikel 177a):................... 3
Toepassing van de overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake
douanevervoer in specifieke gevallen (artikel 189): ........................................................................... 3
Overgangsmaatregel Tijdelijke opslag voor Erkende Importinspectie Locaties (EIL): ............................ 3
Behandeling VI1 en 2 certificaten voor de invoer van wijn: ................................................................... 4
Customs Decisions (EU Trader Portal).................................................................................................... 4
Geregistreerde exporteur (REX).............................................................................................................. 5
Beperken risico’s bij oorsprongszaken, implementatie REX ................................................................... 6
Delen risico informatie:........................................................................................................................... 6
De fiscale strafbeschikking en in verzet gaan:......................................................................................... 6
Loketfunctie voor behandeling van originele bescheiden: ..................................................................... 7
RIT per 1-1-2018 operationeel. ............................................................................................................... 7
Testen van scan Delta schiereiland gestart............................................................................................. 8
Export van uncleaned tankcontainers..................................................................................................... 8
Kwaliteit van de aangifte......................................................................................................................... 8
Voorafaangifte met kennisgeving van controle ...................................................................................... 9
Werkbaar alternatief noodprocedures: .................................................................................................. 9
Nieuwe bacheloropleiding Logistics Management ............................................................................... 10
Kennisbox TC&BM................................................................................................................................. 10
Nieuwe Europese Douanewetboek; wetsaanpassingen Delegated act:
De finale versie van de aanpassingen in de gedelegeerde verordening DWU zijn momenteel onder
consultatie bij de Europese Raad en het parlement. Er is al een overeenkomst bereikt over de
inhoudelijke aanpassingen tussen DG Taxud, de lidstaten en andere DG’s van de commissie. Naar
verwachting zullen er alleen nog taalkundige aanpassingen worden doorgevoerd.
De belangrijkste inhoudelijke aanpassingen zijn:
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
2
Definitie van exporteur ( artikel 1(19) ):
Na diverse discussies en meerdere aanpassingen is de laatste versie van het voorgestelde artikel:
Article 1 (19) 'exporter' means:
a) a private individual carrying goods to be taken out of the customs territory of the Union where
these goods are contained in the private individual's personal baggage;
b) in other cases, where (a) does not apply: i. a person established in the customs territory of the
Union, who has the power to determine and has determined that the goods are to be taken out of
that customs territory;
ii. where (i) does not apply, any person established in the customs territory of the Union who is a
party to the contract under which goods are to be taken out of that customs territory.
Met letter b onder ii is beoogd meer flexibiliteit te scheppen in het begrip exporteur. Hiermee
kunnen partijen in de supply chain kiezen wie exporteur is zolang deze partij maar in het
douanegebied van de Unie is gevestigd en een partij is in het contract waarmee de goederen buiten
de Unie worden gebracht. De nieuwe definitie kan helpen bij zogenaamde Ex works transacties en
kan ook helpen bij het invullen van de wederuitvoeraangifte. Vanuit de Europese Commissie zal het
guidance document worden aangepast met specifieke voorbeelden.
Verlenging van de termijn voor het vaststellen van een beschikking betreffende
terugbetaling of kwijtschelding (artikel 97):
In deze aanpassing wordt een derde paragraaf toegevoegd aan het artikel waarmee extra redenen
worden genoemd om de beslissingstermijn te verlengen voor terugbetaling of kwijtschelding. In het
huidige artikel kon alleen in zeer zeldzame gevallen uitstel worden verleend.
Er zullen, kortweg, drie situaties worden toegevoegd:
1) Er loopt een vergelijkbare zaak voor het Hof van Justitie, waarmee de termijn kan worden
verlengd tot 30 dagen na de uitspraak.
2) De verificatie van een preferentieel oorsprongsbewijs, waarmee de termijn kan worden
verlengd gedurende de verificatie maar in ieder geval maximaal tot 15 maanden nadat het
verzoek is verstuurd.
3) Consultatie op indeling of bepalen van de oorsprong van de betrokken goederen, waarmee
de termijn kan worden verlengd tot max 30 dagen na de BTI of BOI beslissing.
Alle drie de redenen kunnen in het voordeel zijn van de economische operator en daarom is FENEX
van mening dat het een positieve ontwikkeling is, waarmee onnodige rechtszaken kunnen worden
voorkomen.
Goedkeuring van een plaats voor het aanbrengen van goederen bij de douane en tijdelijke
opslag (artikel 115):
Door de aanpassing van dit artikel moeten goederen na het aanbrengen niet meer binnen 24 uur
onder een douaneregeling worden gebracht maar wordt de termijn 3 dagen na het aanbrengen. Voor
bedrijven met een toegelaten geadresseerde vergunning wordt de termijn verlengd naar 6 dagen.
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
3
In Nederland betekent deze aanpassing dat er een einde komt aan de overgangsmaatregel waarbij
alle Erkende Importinspectie Locaties (EIL) zijn aangewezen als plaats waar tijdelijke opslag van
goederen mogelijk is. Zie hierover de aparte alinea in deze notitie.
Opslag van Uniegoederen met niet-Uniegoederen in een opslagruimte ( artikel 177a):
Naast de aanvullende beperkingen van gemengde opslag van Unie en niet Unie goederen wil de
Europese Commissie, met de steun van bijna alle lidstaten, de gemengde opslag van goederen
vallend onder de hoofdstukken 27 en 29 van de gecombineerde nomenclatuur ( minerale oliën en
organische chemicaliën), die niet onder dezelfde 8 cijfer GS code vallen, of die niet dezelfde
commerciële kwaliteit of dezelfde technische en fysieke karakteristieken hebben, uitsluiten van
gemengde opslag.
Toepassing van de overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake
douanevervoer in specifieke gevallen (artikel 189):
Aan dit artikel worden twee paragrafen toegevoegd: De eerste houdt in dat goederen die over het
gebied van de Unie worden vervoerd onder TIR en ATA verplicht moeten worden geplaatst onder de
regeling extern douanevervoer.
De tweede betreft accijns goederen. De paragraaf vermeld dat accijns goederen mogen worden
vervoerd onder de regeling extern douanevervoer. Deze aanpassing wordt gedaan voor een
komende aanpassing in de uitvoeringsverordening waarmee accijns goederen worden uitgesloten
om te worden vervoerd onder de regeling intern douanevervoer. Het zal minstens een jaar gaan
duren voordat de uitvoeringsverordening wordt aangepast.
Overgangsmaatregel Tijdelijke opslag voor Erkende Importinspectie Locaties (EIL):
Met het van toepassing worden van het DWU is er een wijziging gekomen in de tijdelijke opslag van
te inspecteren fytosanitaire goederen. Voorheen vond er ’fictieve tijdelijke opslag‘ plaats als
goederen in een Erkende Importinspectie Locatie (EIL) werden gekeurd. Hier konden goederen
maximaal 5 dagen worden opgeslagen voordat zij onder een nadere douaneregeling werden
gebracht. Door de wijzigingen in het DWU komt de mogelijkheid van ‘fictieve tijdelijke opslag‘ te
vervallen. In plaats daarvan mogen goederen tijdelijk worden opgeslagen in een door de Douane
aangewezen of goedgekeurde plaats of in een ruimte voor tijdelijke opslag.
De Douane heeft besloten een tussenoplossing in het leven te roepen in de vorm van een tijdelijke
aanwijzing van erkende inspectielocaties. De overgangsperiode was oorspronkelijk voorzien tot en
met 31 december 2017. Recent is bekend geworden dat er in het voorjaar van 2018 een wijziging zal
worden doorgevoerd in de gedelegeerde verordening van het DWU. Zie ook elders in deze notitie.
Hierdoor wordt het voor veel EIL’s eenvoudiger om aan de eisen voor tijdelijke opslag van deze
wetgeving te voldoen dan tot voor kort de verwachting was.
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
4
De Douane verlengt, in afwachting van de wijzigingen, de overgangsperiode. In communicatie van de
NVWA over dit onderwerp wordt vermeld dat het bedrijfsleven voor 1 januari actie moet nemen.
Deze actie bestaat uit een van de volgende te nemen maatregelen:
 Aanvragen “Toestemming kortdurende tijdelijke opslag op goedgekeurde locatie”
 Aanvragen ruimte voor tijdelijke opslag
 Aanvragen douane-entrepot
Deze aanvragen moeten worden gedaan door de beheerder van de EIL. Dit is in veel gevallen niet de
TG houder. Dit heeft flinke consequenties voor het bedrijfsleven zeker gezien de korte termijn
waarbinnen de aanvraag moet zijn ingediend. Het MT Handhavingsbeleid van het Landelijk Kantoor
Douane heeft deze datum daarom uitgesteld tot een nader te bepalen datum. FENEX heeft bij het
Landelijk Kantoor Douane aangegeven dat de communicatie vanuit de NVWA op dit punt nog niet is
aangepast. Tevens heeft FENEX verzocht het onderwerp te agenderen voor het volgende ODB om te
zoeken naar een werkbare oplossing.
Behandeling VI1 en 2 certificaten voor de invoer van wijn:
FENEX is door een aantal van haar leden benaderd met het signaal dat de Douane strenger is gaan
handhaven op het overleggen van invoercertificaten voor wijn.
Naar stelling van de Douane heeft altijd in de verordening (VO 555/2008) gestaan dat de certificaten
moeten worden overlegd bij de Douane, daar moeten worden behandeld, gekopieerd en vervolgens
gearchiveerd. In de praktijk betekent dit dat de Douane de aangiftes- na aanpassing van het beleid -
aanhield totdat het originele certificaat was overlegd en pas na behandeling hiervan werden de
aangiftes vrijgegeven. Deze praktijk gaf allerlei praktische problemen en daarom heeft FENEX dit
probleem aangekaart bij de Douane.
De Douane heeft uiteindelijk besloten de maatregel uit te stellen omdat deze om moverende
redenen niet opportuun werd geacht. Hiermee wordt bedoelt: Gezien de korte implementatietermijn
en de planning, midden in het hoogseizoen van de wijninvoer, is de maatregel uitgesteld. Bedrijven
moeten de certificaten wel beschikbaar hebben op het moment van aangifte maar het overhandigen
hiervan is niet wegvoering verhinderend.
FENEX is blij dat de maatregel is uitgesteld maar waarschuwt wel, het betreft uitstel en geen afstel.
De maatregel zal op korte termijn weer worden ingevoerd. Het doel is 1-1-2018. Voor die tijd zullen
de stappen die gevolgd moeten worden duidelijk worden gecommuniceerd.
Een van de mogelijke opties is gebruik te maken van de voorafaangifte. Hiermee kan de behandeling
van de certificaten op voorhand plaatsvinden waardoor vertragingen op het moment van
binnenkomst worden voorkomen.
Customs Decisions (EU Trader Portal)
Op 2 oktober is het EU –Trader Portal live gegaan. Alle lidstaten van de Unie hebben het portal in
gebruik genomen met uitzondering van Nederland en Denemarken. Tijdens het ODB heeft de
Douane uitleg gegeven waarom Nederland heeft besloten om niet van start te gaan op 2 oktober en
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
5
tevens een uitleg gegeven over de huidige stand van zaken. De presentatie van de Douane vindt u
hier.
In het kort komt het erop neer dat de Nederlandse Douane tijdens het testtraject heeft vastgesteld
dat het portal niet aan de verwachtingen voldeed. De problemen zaten hem in de continuïteit van de
primaire processen, de wettelijke vereisten, de meerwaarde voor het bedrijfsleven en de
uitvoerbaarheid. Sindsdien is er veelvuldig overleg geweest met de Europese Commissie (E.C.) en
hebben er webinars plaatsgevonden. De E.C. heeft een aantal verbeteringen doorgevoerd zoals: het
onderscheid tussen conditionele en verplichte velden en het automatisch terugspringen naar niet
gevulde velden. Helaas zijn nog niet alle problemen daarmee opgelost. Er is bijvoorbeeld nog geen
overeenstemming met Annex A van de GVo.DWU in het portal en er zijn nog geen notificaties
mogelijk. In 2018 worden nog aanvullende verbeteringen doorgevoerd en de verwachting is dat er op
een later moment alsnog kan worden aangesloten op het portal. Het Nederlandse bedrijfsleven
verenigd in het ODB steunt de beslissing van de Douane om pas aan te sluiten als aan de
verwachtingen wordt voldaan. Wel heeft FENEX hierbij de kanttekening gemaakt dat het
bedrijfsleven voldoende tijd moet hebben om zich voor te bereiden. Voor het EU Trader Portal is
namelijk een eHerkenning inlog middel nodig. De Douane heeft dit onderkend.
Geregistreerde exporteur (REX)
Zoals bekend is de invoering van het REX systeem op 1 januari 2017 in werking getreden. Door het
nieuwe systeem zullen de preferentiële oorsprongsdocumenten op termijn worden vervangen door
zelf-certificering waarbij het bedrijfsleven zelf het attest van oorsprong mag vermelden op de
handelsbescheiden, zoals de handelsfactuur, de paklijst of de afleverbon. In de Unie is het Rex
systeem alleen van toepassing op het vervangen van attesten van oorsprong ( bij het weder
verzenden van goederen) en bij bilaterale cumulatie waarbij exporteurs in de Unie goederen van
oorsprong verder laten bewerken in een APS land en bij de invoer van goederen waar een importeur
gebruik wil maken van een tariefpreferentie. M.b.t. het wederverzenden van goederen moet worden
opgemerkt dat er door interne wetgevingsperikelen in Noorwegen en Zwitserland nog geen
vervangingsattesten uit de Europese Unie kunnen worden geaccepteerd.
Totdat die problemen zijn opgelost kunnen voor die landen voorlopig nog vervangingscertificaten
Form A worden aangevraagd.
Gevolgen van de invoering van REX:
Wederverzender:
De Nederlandse Douane is van mening dat alleen exporteurs en producenten als wederverzender
kunnen optreden. Clecat , de Europese vertegenwoordiging van FENEX in Brussel heeft daarom, en
ook vanwege verschillende interpretaties van meerdere lidstaten, aan de Europese Commissie
gevraagd om een uitleg van het begrip wederverzender en wie als zodanig mag optreden.
Het controleren van de autorisaties:
Rex vergunning nummers kunnen worden gecontroleerd op de online service van DG TAXUD.
De tool heeft echter een belangrijke tekortkoming. Geregistreerde exporteurs kunnen zelf bepalen of
hun gegevens worden weergegeven in de tool. Hierdoor kunnen bedrijven - in de gevallen dat de
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
6
vergunninghouder zijn gegevens niet wil publiceren - alleen de geldigheid van het vergunning
nummer controleren en niet of het wordt toegepast door de rechthebbende vergunninghouder.
FENEX is van oordeel dat de verantwoordelijkheid van het bedrijfsleven toeneemt door de invoering
van REX. Bovendien werkt het niet kunnen controleren van REX nummers fraude in de hand. Het is al
bekend dat Form A’s vanuit landen als Bangladesh niet altijd kunnen worden vertrouwd.
Beperken risico’s bij oorsprongszaken, implementatie REX
Om enige zekerheid te geven bij de invoering van REX aan het bedrijfsleven is er op verzoek van
FENEX een werkgroep opgestart. Het doel van de werkgroep is het bevorderen van de gezamenlijke
compliance en het verkrijgen van enige zekerheid. Aan de werkgroep hebben deelgenomen: De
Nederlandse Douane, Fenex - inclusief een aantal leden - en evofenedex.
In het overleg zijn een aantal best practices besproken die zullen worden uitgewerkt in een nader te
bepalen vorm. Wij zullen onze leden hierover zo spoedig mogelijk informeren.
Delen risico informatie:
Na een stevige lobby van FENEX waarin aan de Douane is gevraagd om de bij hen bekende generieke
fiscale risico- informatie te delen met het bedrijfsleven is hier nu gehoor aan gegeven.
In het ODB is door de Douane aangekondigd dat zij fiscale risico informatie gaan delen op de website.
Dit zal gaan om generieke informatie waarmee bedrijven hun risico’s beter kunnen afwegen en
daarbij kritisch kunnen kijken naar hun eigen goederenpakket. De Douane heeft besloten om
generieke fraudesignalen waarbij aanvullende zekerheid zal worden gevraagd te delen met het ODB
en via de website. Dit zal in eerste instantie als pilot worden gedaan waarna een evaluatie volgt. Een
voorbeeld van zulke generieke informatie is- De Douane heeft extra aandacht voor Zonnepanelen
met als land van oorsprong China. De controle op de juistheid van oorsprongscertificaten in het
afgevende land duren gemiddeld 8 maanden - De planning voor het delen van deze informatie is Q1
2018. Dit houdt in dat bedrijven extra aandacht hiervoor moeten hebben bij het nemen van risico
afwegingen. FENEX roept haar leden op om de ervaringen met de gedeelde informatie te delen.
De fiscale strafbeschikking en in verzet gaan:
In het ODB is door de Douane een memo gepresenteerd over de gevolgen van het in verzet gaan
tegen de fiscale strafbeschikking. In 2011 is de mogelijkheid van afdoening door de Douane middels
een fiscale strafbeschikking in werking getreden. Indien de betrokkene zich niet in de (hoogte van de)
strafbeschikking kan vinden kan men in verzet gaan bij het Openbaar Ministerie (OM). Het OM toetst
dan de procedure en kan dan tot daadwerkelijke vervolging overgaan o.b.v. het proces-verbaal dat
de grond was van de eerder aangeboden fiscale strafbeschikking. De Douane constateert dat het
aantal verzetstaken dat bij het OM ligt toeneemt en dat de doorlooptijden hierdoor ook toenemen.
Het Landelijk Kantoor Douane gaat hierover op korte termijn in gesprek met het OM, temeer omdat
er geluiden de Douane bereiken dat het loont om in verzet te gaan omdat men vervolgens niets meer
van het OM verneemt.
Als er in verzet wordt gegaan kan dit leiden tot een uitspraak van de rechter die een veroordeling van
de betrokkene tot gevolg heeft en dit zal dan leiden tot een aantekening op de justitiële
documentatie (strafblad). Een belangrijk verschil in de rechtsgevolgen is dat een overtreding die
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
7
wordt afgedaan door een fiscale strafbeschikking niet leidt tot een aantekening maar een
veroordeling door de rechter voor hetzelfde feit wel. Fiscale strafbeschikkingen die worden
uitgevaardigd door de Douane leiden overigens ook tot een aantekening op het strafblad.
FENEX onderkent het voorgaande en bevestigt dat de procedure omtrent de fiscale strafbeschikking
bekend is. Anderzijds is FENEX van mening dat het beeld heerst dat er te makkelijk wordt omgegaan
met het opleggen van boetes. Het is belangrijk dat de Douane hier zorgvuldig mee om gaat en dat er
gestructureerd wordt gewerkt en wordt gemotiveerd waarom er een FSB wordt opgelegd. Het gaat
immers om strafrecht. De Douane neemt dit signaal intern mee.
Loketfunctie voor behandeling van originele bescheiden:
Van een aantal leden heeft FENEX klachten binnen gekregen over de afhandeling van originele
bescheiden. Zo moesten er bijvoorbeeld originele bio certificaten vanaf regio Moerdijk naar
Rotterdam worden gebracht om aldaar door de Douane te worden behandeld.
FENEX heeft hierop vragen gesteld in het ODB. De Douane heeft dit intern laten onderzoeken en
daarbij is gebleken dat er inderdaad een verschil van beleid en uitvoering was binnen de
verschillende douane regio’s. Het Landelijk Kantoor Douane is nu met bijgaand memo gekomen
waarin de werkwijze omtrent behandeling van originele bescheiden wordt beschreven.
Het komt erop neer dat de invoer of uitvoer aangifte wordt gedaan op het douanekantoor wat
daarvoor is aangewezen in de kantoren lijst van de Douane. De digitale aangiften worden gedaan op
één van de twee aangiftepunten Douane Rotterdam Rijnmond op Douane Schiphol en daar vindt ook
de behandeling van de aangiften plaats. Het is een interne keuze van de Douane om de
aangiftebehandeling te centraliseren op deze twee punten maar dat wil niet zeggen dat de
behandeling van originele bescheiden alleen daar plaats kan vinden. Via de kantoren lijst is immers
een bevoegd douanekantoor toegewezen aan ieder postcode gebied in Nederland. Hier mogen de
originele bescheiden dan ook worden aangeboden voor behandeling. FENEX is verheugd met dit
nieuws omdat dit veel logistieke problemen wegneemt.
Naast de behandeling van originele bescheiden op de post waaronder een bedrijf valt is het ook nog
mogelijk de documenten te sturen naar de centrale postbus in Heerlen (dit moet binnen 1 week na
aangifte) of dat bedrijven zich persoonlijk melden bij een van de twee aangifte-behandel-centra.
De adressen vindt u in bijgaande memo.
RIT per 1-1-2018 operationeel.
Vanaf 1 januari 2018 is de Rijks Inspectie Terminal(RIT) op de Maasvlakte operationeel.
Door ingelaste bouwkundige aanpassingen kunnen controles van containers met gevaarlijke stoffen
echter pas vanaf 1 februari 2018 weer in de RIT worden uitgevoerd.
Voor controles van veterinaire goederen is de RIT nog niet toegerust.
De officiële opening van de RIT is gepland in april 2018.
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
8
Testen van scan Delta schiereiland gestart.
Als laatste container terminals op de Maasvlakte, krijgen ECT en APMTR binnenkort de beschikking
over een “drive through container scan” op de eigen terminal.
Begin december 2017 is begonnen met het geleidelijk opstarten van deze nieuwe scan. Dit wordt
gedaan met een deel van de containers die door pre-arrival zijn geselecteerd voor een scan en die
gelost zijn bij ECT.
Voorlopig gaat een deel van de te scannen containers die bij ECT gelost zijn nog naar de vaste scan
aan de Bosporusstraat, maar dit zal naar verwachting snel worden afgebouwd.
Containers die geselecteerd zijn voor een scancontrole en gelost zijn bij APMTR worden tot 1 maart
2018 nog gescand aan de Bosporusstraat. Vanaf 1 maart 2018, of mogelijk al eerder, worden bij
APMTR geloste containers ook gescand met de nieuwe scan op het Delta schiereiland
Export van uncleaned tankcontainers.
In juli 2017 bent u per brief geïnformeerd over de nieuwe werkwijze voor het aangeven van
tankcontainers met residu.
Voor export van tankcontainers met residu die voor de Douane leeg zijn aangegeven, maar die "vol"
in het terminal systeem zijn gekomen zegt deze brief het volgende:
Een empty uncleaned container mag zonder douaneaangifte worden aangeleverd op de
containerterminal. In het terminal systeem wordt de container echter opgenomen met de status
"vol". Doordat de container de status "vol" heeft in het terminal systeem, is deze voorzien van een "X
" blokkade. Deze blokkade kan worden opgeheven door een Melding Export Documentatie (MED) met
de code "TNK" + "EORI nummer exporteur". Na het inschieten van de MED melding kunnen deze
containers zonder tussenkomst van de Douane de terminal verlaten.
Voor de in te schieten MED melding staat het volgende vermeld: "TNK" + "EORI nummer exporteur"
Uit de audit files van de terminals blijkt dat dit niet duidelijk genoeg is geweest, omdat veel
cargadoors dit letterlijk nemen en TNK+EORI nummer in één veld vermelden, of daarbij ook nog
onjuiste EORI nummers vermelden.
In een dergelijk geval dient het volgende te worden vermeld: In de MED melding dient in het veld
code exporteur/expediteur "TNK" te worden vermeld en in het afzonderlijke veld voor het
documentnummer dient het juiste "EORI nummer van de exporteur" te worden vermeld.
Kwaliteit van de aangifte
De komende tijd wil de Douane de behandeling van aangiften ingrijpend verbeteren. Dit om het
toezicht en de dienstverlening te verbeteren. Het doel is marktpartijen sneller duidelijkheid te bieden
over hun aangiften en de eventuele hinder die zij van controles ondervinden tot een minimum te
beperken. Daarbij is het indienen van juiste aangiften echter wel belangrijk. De Douane constateert
dat bij in- en uitvoeraangiften belangrijke gegevens met enige regelmaat verkeerd, onduidelijk of
geheel niet worden vermeld. Dit leidt tot extra controles en mogelijke correcties. De Douane heeft
de komende jaren meer oog voor bepaalde fiscale risico’s, zoals tariefindeling, oorsprong en waarde.
Om problemen te voorkomen, is het belangrijk dat indieners aandacht hebben voor de kwaliteit van
de aangiften.
FENEX staat achter de verbetering van de kwaliteit van de aangiften. Maar, de manier waarop de
Douane dit aanpakt, moet wel redelijk zijn. Kleine (typ)foutjes kunnen altijd worden gemaakt. Dat
kan bij de Douane ook gebeuren. Daarnaast moet er ook rekening worden gehouden met de AEOstatus
van een bedrijf. Verder moet er enige mate van coulance zijn als het gaat om al die wijzigingen
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
9
waar bedrijven op dit moment mee te maken hebben en waar nog veel onduidelijkheid over bestaat.
FENEX heeft veel gesproken met de Douane over de verbetering van de kwaliteit en de manier
waarop, en staat achter de aanpak die nu is gekozen. Er wordt meer uitgegaan van elkaar helpen dan
straffen of met vingertjes wijzen. Want, FENEX ziet ook dat er bij de Douane evengoed een gebrek is
aan kennis waarbij het met enige regelmaat het bedrijfsleven is dat de Douane moet wijzen op de
juiste toepassing van de wetgeving. Op de goed bezochte Raadsbijeenkomst van 28 november is de
kwaliteit van de douaneaangiften op zeer heldere wijze toegelicht door de heer Jan Dorsman. De
kern van de boodschap is dat er een aantal veel voorkomende fouten wordt gemaakt die relatief
eenvoudig voorkomen kunnen worden. Een knelpunt waar veel over gesproken is, betreft de
vermelding van de correcte goederenomschrijving. In de wet staat dat onder de omschrijving van de
goederen ‘de gebruikelijke handelsbenaming’ wordt verstaan. Deze omschrijving moet dermate
nauwkeurig zijn zodat de goederen op basis daarvan kunnen worden geïdentificeerd en onmiddellijk
en met zekerheid kunnen worden ingedeeld. Het komt regelmatig voor dat de informatie te
onduidelijk is of direct wordt overgenomen uit DTV. De Douane heeft begrip getoond dat het in
sommige gevallen niet eenvoudig mogelijk is een volledige en nauwkeurige omschrijving te
vermelden, bijvoorbeeld door de beperking van het aantal karakters dat kan worden ingevoerd.
FENEX is het met de Douane eens dat het niet de bedoeling is dat de omschrijving van de sluitposten
uit DTV in vak 31 wordt ingevuld. Bijvoorbeeld ‘elders genoemd noch elders onder begrepen’ De
presentatie uit het ODB vindt u hier. De presentatie van Jan Dorsman, Douane vindt u hier.
Voorafaangifte met kennisgeving van controle
Na een lange lobby van FENEX zal de voorafaangifte met kennisgeving van controle begin 2018
mogelijk worden gemaakt voor AEO-C bedrijven. De voorafaangifte biedt voordelen voor zowel het
bedrijfsleven als de Douane: voorspelbaarheid, betere planning en meer spreiding van
werkzaamheden waardoor er minder piekmomenten ontstaan. De voorafaangifte is een belangrijke
faciliteit en FENEX roept AEO-C bedrijven op hiervan zoveel mogelijk gebruik te gaan maken. Zeker
met het oog op de implementatie van het fundament van het Container Vrijgave Bericht is de
voorafaangifte een belangrijke ontwikkeling. FENEX zal zich nu ook gaan inzetten voor de
ontwikkeling van de voorafaangifte NCTS met vooraf verstrekking van het MRN nummer. Over de
voorafaangifte AGS is een toelichting gegeven door mevr. Patricia Rook van het Landelijk Kantoor
Douane. De presentatie vindt u hier.
Werkbaar alternatief noodprocedures:
De huidige noodprocedure werkt niet goed voor het bedrijfsleven en ook niet voor de Douane.
FENEX heeft herhaaldelijk gevraagd om een goed werkbare noodprocedure waarbij de logistiek zo
min mogelijk hinder ondervindt. De Douane geeft aan te werken aan een digitale noodvoorziening
die logistieke verstoringen drastisch kan terugbrengen. Dit is voor de langere termijn zeker een
gewenste oplossing maar voor de korte termijn is het belangrijk dat er een alternatief komt. Begin
2018 zal er op initiatief van de Douane een werkgroep worden geformuleerd om een oplossing uit te
werken.
Voortgangsnotitie Raad voor Douanelogistiek
December 2017
10
Nieuwe bacheloropleiding Logistics Management
Internationale supply chains worden steeds complexer en het managen van douaneprocessen wordt
hierbij steeds belangrijker. Vanwege deze ontwikkelingen is er een noodzaak gekomen naar hoger
opgeleid personeel met een douane-opleiding. Daarom is Fontys Hogeschool in samenwerking met
de Douane, FENEX en evofenedex gestart met de ontwikkeling van een nieuwe deeltijd
bacheloropleiding Logistics Management met specialisatie Customs & Trade Compliance.
De opleiding is bedoeld voor mensen die zich willen ontwikkelen tot een op HBO Bachelor niveau
geschoolde professional op het gebied van logistiek management, Douane en trade compliance. Deze
mensen kunnen werkzaam zijn in zowel de publieke als de private sector.
Het programma legt het verband tussen het logistieke proces, douanewetgeving en supply chain
compliance en is gebaseerd op het “European Competence Framework for Customs Professionals”.
De opleiding duurt vier studiejaren en het wettelijk collegegeld van € 1.845,- is van toepassing voor
mensen die nog niet eerder een Bacheloropleiding hebben afgerond. Studenten moeten rekenen op
een studielast van ongeveer 24 tot 32 uur per week. Dit is inclusief de contacturen, het werken aan
projecten op de werkplek en zelfstudie.
Kennisbox TC&BM
Bijblijven op het gebied van trade compliance en border management wordt nu nog makkelijker met
de Kennisbox TC&BM, die tijdens de beurs ICT & Logistiek in Utrecht is gelanceerd.
De Kennisbox TC&BM is vooral handig voor het midden- en kleinbedrijf dat actief is in de
internationale handel en distributie en de laatste trends en ontwikkelingen op hun vakgebied wil
volgen om daarmee de werkprocessen te verbeteren.
Nederland is vanouds gidsland op het vlak van trade compliance en border management. En als het
aan het Overleg Douane Bedrijfsleven (ODB) ligt, blijft dat zo. Het ODB nam daarom het initiatief tot
de vorming van een Expertisecentrum TC&BM. De Douane, TNO, TU Delft, Fontys Hogeschool,
TLN/FENEX en evofenedex werkten maandenlang samen aan de realisatie van dit concept, met
financiële steun van de Topsector Logistiek. Het leidde tot een apart onderdeel op de portal van het
KennisDC Logistiek: de Kennisbox TC&BM.
De Kennisbox TC&BM herbergt tientallen publicaties over onder meer grote Europese
researchprojecten waarbij de Douane, het bedrijfsleven en de Nederlandse wetenschappelijke
instituten betrokken zijn. Het is de bedoeling dat de inhoud de komende jaren steeds verder wordt
uitgebreid met een gestage stroom aan onderzoeksrapporten.
Omdat de Kennisbox TC&BM ook wordt gevoed door bedrijven, ontwikkelt deze zich tot een
levendige community voor iedereen die actief is in grensoverschrijdende supply chains. Zo’n
omgeving moet MKB-ondernemers inspireren tot innovatie en voortdurende verbetering en op die
manier bijdragen aan Nederlands vooraanstaande positie in de wereldwijde logistiek.